Binnen risicomanagement, prestatiemanagement en assetmanagement is ‘doeldenken’ een belangrijke pijler. Het draait om het behalen van doelstellingen door kansen te benutten en bedreigingen te beheersen. Dit biedt organisaties een strategische richting, waarbij bedreigingen niet als obstakels worden gezien, maar als uitdagingen die beheersbaar zijn. Wat vaak als ‘doemdenken’ wordt gezien, is in feite een noodzakelijke manier om potentiële bedreigingen te identificeren en proactief te beheersen, wat essentieel is om doelen te bereiken.
Aan de andere kant speelt ‘doedenken’ een cruciale rol, vooral wanneer doelen minder scherp geformuleerd of moeilijk meetbaar zijn. Het richt zich op het nemen van concrete acties, zelfs zonder dat er altijd een duidelijk einddoel is vastgesteld. Dit is vooral nuttig in situaties zoals duurzaamheid, waar acties zoals biodiversiteitsinitiatieven directe impact hebben, ook al is biodiversiteit misschien geen expliciet beleidsdoel. Doedenken zorgt ervoor dat er vooruitgang wordt geboekt, ook wanneer strategische richtlijnen minder helder zijn.
De echte kracht ligt echter in de verbinding tussen doeldenken en doedenken. Strategie en actie kunnen niet los van elkaar bestaan. Een goed plan zonder uitvoering blijft slechts een intentie, terwijl actie zonder een helder doel richtingloos kan worden. Het is daarom essentieel dat organisaties de strategische doelen uit doeldenken verbinden met de concrete uitvoering van doedenken. Dit zorgt ervoor dat acties niet alleen snel resultaat opleveren, maar ook bijdragen aan de bredere, langetermijnstrategie van de organisatie.
Om echt succesvol te zijn, moeten organisaties voortdurend deze balans nastreven. Door heldere strategieën te combineren met pragmatische acties en tegelijkertijd risico’s beheersbaar te maken, zorgen ze ervoor dat er niet alleen direct tastbare resultaten worden geboekt, maar dat deze ook bijdragen aan duurzame, strategische successen.